Papoea 10 – 11 juli 2017
Papoea-Nieuw-Guinea, Tari, 10 – 11 juni 2017
Rond de huisjes kun je hier wel 13 verschillende paradijsvogels zien. Vooral met een beetje geduld en geluk kun je ze op ooghoogte zien achter huisje nummer 14, want daar staat één van hun favoriete besjesbomen.
Na de lunch staat er een leuke wandeling op het programma; de dichtbegroeide heuvels in achter de lodge. We wandelen via de kleine glibberige paadjes het regenwoud in. Alle variaties groen soms onderbroken door felle kleuren van een bloem of bes. We volgen heldere bergbeekjes naar de watervallen, goed verborgen in het groen. Via touwbruggen van gevlochten lianen, die op hun beurt weer geknoopt zijn aan palen, die ook weer gezekerd zijn aan grote woudreuzen … en dat alles zonder ook maar een spijker gebruikt te hebben … typische gevalletje van een ‘men made natural bridge’. Nou daar kan menig padvinder in NL zich aan verlekkeren. Pffff wat een constructie!
Eenmaal terug bij de lodge duiken we nog even de struiken in achter ons huisje op zoek naar paradijsvogels.
De volgende ochtend rijden we de Tari Vallei in en gaan we op bezoek bij de Huli Wigmen. Allereerst mogen wij de trotse Huli bewonderen in hun traditionele kledij. Gele klei bedekt hun gezicht, de pruiken zijn prachtig versierd met kleurrijke paradijsvogelveren (er zijn wat vogels voor gesneuveld maar dan heb je ook wat, en gelukkig worden de pruiken met hoofdtooi overgeërfd en zijn ze er super zuinig op). Maar ook de snavels worden als decoratie materiaal gebruikt. Van bladeren worden rokjes gemaakt en ter afwerking … een stokje door je neus …(wij denken dat het vroeger een botje is geweest … en hier het beeld van de koppensnellers is ontstaan).
‘s Middags nemen we een kijkje bij de vrijgezellen school van de Huli. De jongens worden op een bijzondere manier klaargestoomd tot man. Tot hun 7/8ste leven ze in het huisje bij hun moeder, dan gaan ze bij hun vader wonen. Ja, je leest het goed. De man heeft zijn eigen huisjes en al zijn vrouwen ook. Als de zoon rond de 15 is wordt hij naar de vrijgezellen school gestuurd en die duurt tussen de 18 maanden en 3 jaar waar je wordt voorbereidt om een echte stoere krijger te worden. Tijdens deze tijd is het verboden om met een vrouw in contact te komen, zelfs je moeder mag niet even op bezoek komen.
In deze periode moeten ze hun haren laten groeien om een pruik van te laten maken. Pas als je een eigen pruik hebt mag je trouwen.
Huli wonen met hun familie in een soort fort. De huisjes worden omheind door een aardwal van soms wel 2 meter hoog met speerpunten bovenop. Tevens zijn er in Tari vallei diepe loopgraven, die precies de landgrenzen aangeven van de familie of clan. Dat is ook wel nodig om deze temperamentvolle buren op afstand te houden. Hier geldt nog steeds het principe oog om oog en tand om tand. Zelfs als een familielid iets fout doet en vlucht staat de hele familie garant voor zijn daden … soms lukt het om dan een afkoopregeling in varkens overeen te komen, maar een wraakactie met speer en knuppel komt hier nog steeds geregeld voor. Het is dan ook vaak onrustig in de Hela provincie omdat er tussen verschillende clans weer mot is.
Zo ook nu! Het precieze verhaal is ons onduidelijk omdat iedere gids zijn eigen versie vertelde maar net voor wij in kwamen vliegen was er iemand op staat vermoord.
En werden een paar dagen voor onze aankomst de vliegtuigen omgebogen naar naburige stadjes.
De sfeer was nou niet bepaald relaxt op straat. Al was er geen boosheid naar ons als toeristen te merken.
Zelf op reis naar Papoea Nieuw-Guinea? Check de website van All for Nature Travel