Eye in Eye with Komodo Dragons & Manta Rays

Indonesië 22 – 30 november 2018

Indonesië, Flores, Komodo 22 – 28 november 2017


De vlucht van Perth naar Denpasar lijkt meer op een uit de hand gelopen afstudeerfeestje. Overal lallende en stomdronken jongelui op weg naar Bali; het party eiland van de Aussies. Het douane stempel feest neemt daarom ook enige tijd in beslag. Gelukkig hebben we een hotel vlakbij de airport “The Vira”, want ook het verkeer in Bali laat tegenwoordig wat te wensen over. Wij gooien snel een flight bag vol met spullen, die wij achterlaten i.v.m. de binnenlandse vlucht naar Komodo en bagage beperkingen. Buiten giet het pijpenstelen en wij hopen dat het weer ietsje beter is 2 eilanden verderop.

Om 5 uur gaat de wekker alweer. We ruilen onze achterlaat bagage om voor een ontbijt box en vertrekken wederom in de stromende regen naar de luchthaven. Het is maar een korte vlucht van Bali naar Lubuan Bajo en anderhalf uur later landen we in een zonnig Flores. We zouden eigenlijk opgehaald worden, maar er bleek wat tussen te zijn gekomen en helaas ontkomen we toch niet aan de taxi onderhandelingshessel. Na een klein ritje komen we bij het kantoortje van Scuba Junckie. We droppen onze tassen en gaan nog even geld pinnen voor de aankomende dagen. We lopen alle pinautomaten van de dorpsstraat af. Out of order, stuk, geen geld, na pasjes kwartet lukt het dan eindelijk en zijn we gelijk Rupiah miljonair. Met een hele stapel ruphia’s gaan we op weg naar de manta’s en de komodovaranen.

Bij de haven neemt één van de lokale vissers ons mee en brengt ons met zijn boot naar de lodge van Scuba Junckie zo’n 2 uur varen naar het zuiden. Het weer is hier stukken beter en we genieten van een verkoelend briesje op de boot. We komen aan bij een hele lange aanlegsteiger en worden gastvrij verwelkomt voor een paar dagen in paradijs. We chillen op de steiger en het terras terwijl de duikboot in de verte langzaam koers zet naar de aanlegsteiger. Wat een feest…, want wie springt er daar van de boot …. Linda (vriendin). Zij is voor 3 maanden op reis en haakt lekker bij ons aan. Ze is al een paar dagen eerder gearriveerd in paradijs. We hebben een hoop bij te kletsen met een biertje op de lounge bank, terwijl het op de horizon roze en paars kleurt.



De volgende ochtend zijn we al vroeg uit de veren en varen we uit voor onze eerst duik bij Shark Point. Ontbijtje aan boord en daarna chillen op het dek, tot we bij de eerste duikplek aankomen. Er is geen haai te vinden vandaag bij Shark Point. Daarentegen stikt het van de zeeschildpadden op de bodem, dobberend op de stroming en etend van het koraal. Bij de tweede duiksite Crystal Rock heeft er in een hoop anemoontjes gezinsuitbreiding plaats gevonden en komen overal nieuwsgierige clown visjes tevoorschijn tussen de tentakels van de anemoon. Maar als we te dichtbij komen gaan ze verlegen schuilen, wat een mooie kleurrijke contrast foto oplevert. Het koraal staat er hier prachtig bij in tegenstelling tot een hoop andere plekken in de wereld waar we gedoken hebben.





We lunchen lekker op de boot terwijl we naar de 3de duikplek Cauldron varen. Er is genoeg tijd voor een powernap, wat voor Eef noodzakelijk is en we dommelen snel in door het schommelen van de boot op de golven. Natuurlijk dromen we over finding Nemo. De laatste duik is er één met behoorlijk wat stroming en als superwomens suizen we met een noodgang langs het rif. Fotograferen is geen optie deze duik. Het was de bedoeling dat we ons ergens aan een rots moesten aanhaken, waar je dan mooi een kanaal in kon kijken en je de kans had om haaien en roggen langs te zien komen. Nou, dat was dus mislukt. De hele plek hebben we gemist omdat we veel te hard gingen. Hand in hand hebben we de hele duik afgelegd, want stroming was te sterk en het is nou niet echt een fijne plek om je buddy kwijt te raken. Uiteindelijk komen we op een zandplaat op de bodem tot stilstand.
Een heerlijke duik dag. Al komen we wel tot de conclusie dat wij meer van het relaxter duiken zijn zonder al te veel stroming en thrill seeken is er inmiddels een beetje af.

Terug bij de lodge gaan we nog even met de drone vliegen, voor wat gave shots en dan vroeg naar bed, want morgen staat er weer een lange duik dag op het programma.

Sebayur Kecil is de eerste duikplek van vandaag. Aan koraal geen gebrek en er is nauwelijks stroming. Een onderwater macro-fotografie feestje. Al het koraal wordt geïnspecteerd van onder tot boven op zoek naar de mooiste nudibranches (zee -naaktslakken). Een speurtocht voor gevorderden. Sommige zijn zo klein als een speldenknopje en vallen bijna niet op omdat ze een camouflage truc uithalen en wonen op koraal met dezelfde kleur. Andere zijn juist makkelijk te vinden omdat ze juist verschrikkelijk vloeken met het koraal waar ze overheen glijden. Het blijven wonderlijke mini wezens, waarvan je de prachtige details zoals longen op de rug en voelsprieten pas goed kunt zien op de foto’s achteraf.






Tussen de duiken chillen we op het bovendek terwijl de boot tussen de groene eilanden door tuft naar de volgende duikplek, Mawan. Een manta cleaning station, waar je geregeld heel veel manta’s bij elkaar kan vinden. De manta’s laten zich vaak uren lang heerlijk verwennen in de onderwaterwasstraat en kunnen er geen genoeg van krijgen. Poetsgarnalen egaliseren alle oneffenheden in de huid, kleine visjes zuigen de plantonrestjes uit je mondhoeken en de kieuwen worden grondig schoongemaakt voor een frisse onderwateradem. Tja, wie wil dat nou niet, gratis schoonheidsbehandeling en massage. Ondertussen genieten wij van het uitzicht als de grote jongens langs of over ons heen zweven. Een klein nadeel we waren even vergeten dat colon hydrotherapy ook onderdeel van de schoonheidsbehandeling was vandaag en zijn we getuigen van een totale manta darm detox. De gele moreen was hier ook niet van gediend en verhuist tussen onze benen door naar een rots verderop waar het zeewater een stuk minder troebel is.

Een te gekke ervaring! Zelfs als we met manta poep in ons haar bovenkomen, kan dat de pret niet drukken.


De laatste duik van de dag is bij Gindang. Hier maken we een ondiepe muck dive. Een soort van onderwater inspector gadget met je neus vlak boven de bodem surfend en spoorzoeken naar insecten grootte oceaanbewoners. We vinden van alles; ocean moths, een cuttlefish die een dansje voor ons opvoert, nudibranches en garnalen. Eigenlijk waren we op zoek naar een roze zeepaardje, maar we vonden uiteindelijk een blue ringed octopus. Wat een supergaaf alternatief. Onze kleine gele giftige vriend liet zich uitgebreid van alle kanten fotograferen, terwijl zijn 60 blauwe ringetjes lekker reflecteren in onze flits. Dat waren 6 heerlijke duiken in een fantastische onderwaterwereld!



De volgende dag worden we met z’n drietjes opgehaald voor een boottocht door de Komodo-archipel. Het is een soort eenvoudige vissersboot, die omgetimmerd is naar een camperboot. Bovenop het dak is een klein tenthuisje gebouwd. Ismael, de schipper en zijn zoon zijn de bemanning en zorgen fantastisch voor ons. We komen na een paar uur tussen de eilanden varen aan op Rinca.



De Komodovaranen stonden nog steeds hoog op ons wish-list van dieren. Wij wilden graag het grootste landreptiel van de wereld van dichtbij bekijken. We hoeven niet eens ver te lopen, want achter het rangerhuis zijn er een paar met elkaar aan het stoeien over wie de prullenbak mag plunderen. Poeh, die zijn toch best groot zo in het echt….., met hun 3 meter!



Na een kleine veiligheidsinstructie gaan we op pad over Rinca eiland. De ranger heeft een lange stok met op het uiteinde een V; om een komodovaraan op afstand te houden en klem te zetten als hij ons als lunch had gewenst. In het bos gaat het gelijk al bijna mis …, want zo tussen het kreupelhout zie je deze sluipmoordenaars toch snel over het hoofd, kan ik je verklappen. Gelukkig krijgen we tijdens de wandeling steeds meer inside komodo info en wordt de ranger met iedere stap nog meer onze BFF. Bij ieder blaadje dat ritselt zijn wij gelijk op onze hoede, hier een kleine update waarom:

Eigenlijk is een komodovaraan is een soort gepantserde moordmachine:
De huid van de komodovaraan is bedekt met schudden, die de dikte hebben van een nagel. Hoe ouder de hagedis, hoe harder de schubben, vooral op zijn kop en staart. Hierdoor wordt het op zijn kop een soort helm à la maliënkolder. In zijn bek heeft de komodovaraan ongeveer 60 tanden, die de vorm van hebben van tanden van de witte haai waardoor hij makkelijk stukken van zijn prooi af kan scheuren. Hij heeft een waanzinnige reukzin, een speurhond van de politie is er niks bij. Alleen kwispelt hij niet met zijn staart maar met zijn gevorkte tong. De tong vangt geurdeeltjes op in de lucht. Dan trekt hij zijn tong terug zijn bek in, langs zijn gehemelte waar het orgaan van Jacobsen zit, een soort microscoop-computer die het deeltje uitleest. De gespleten tong zorgt ervoor dat een komodovaraan stereo kan ruiken, ofwel kan uitlezen waar de geur vandaan komt en dat met een bereik van zo’n 8 km. Dat wordt natuurlijk ook nog even haarfijn uitgelegd door onze gids. Pas op voor boomstammen, want daar kan zomaar ineens beweging in komen. Het lijkt alsof hij je niet in de gaten heeft, maar hij heeft jou al veel langer in de gaten als jij hem. Draai je nooit om en laat zien dat jij hem ziet, dan laat hij je met rust. De Komodovaraan is meester om je aan te vallen als je juist niet oplet. Verder lust hij alles van sprinkhaan tot waterbuffel. Ook zijn eigen kleinere soortgenoten eet hij met liefde op.

Ze hebben een bijzondere jachttechniek. Vooral als je net even niet oplet zetten ze op hun korte pootjes een sprintje van zo’n 20km/u in en happen dan in je enkels om je immobiel te maken. Als de prooi omvalt dan kan de komodovaraan hem verder openrijten met zijn messcherpe klauwen, maar meestal ontsnapt de prooi. De bek van de komodovaraan zit vol met vieze bacteriën (van de resten van de rottende kadavers die hij eet), maar zijn beet bevat ook gif. De komodovaraan slentert vervolgens rustig achter zijn prooi aan. Deze valt namelijk vanzelf een keertje om als gevolg van bloedverlies, shock, of fatale bloedvergiftiging. Dus geduld is een schone zaak bij deze jachttechniek. Mocht de prooi nog tegenstrippelen dan kan de komodovaraan met een goede zwieper van zijn staart een einde aan het lijden maken.
Het zijn grote eters en ze kunnen bijna 2x zo zwaar worden na een maaltijd aangezien ze zo’n 80% van hun eigen lichaamsgewicht kunnen wegwerken. Het voordeel is dan dat ie voorlopig ff genoeg heeft en jij geen gevaar loopt. De komodovaraan is immuun voor hun eigen gif (wel handig bij gevechten met soortgenoten) en kunnen zich maagdelijk voorplanten. Zo nu jij weer!

De Indonesiërs hebben ook een paar mooie toepasselijke namen voor de komodovaraan bedacht, “ora” (mond), “biawak raksasa” (reuzenvaraan) en “buaja darat: (landkrokodil).

Nou, dat was me een spannende wandeling met meer dan genoeg mogelijkheden om deze geëvolueerde moderne dinosaurus op de gevoelige plaat te zetten… op gepaste afstand natuurlijk.

Terug aan boord heeft Ismaël een heerlijk lunch voor ons in elkaar geknutseld. Wij smullen van het heerlijke Indonesische eten terwijl we koers zetten naar Padar eiland. Bij Padar gaan we aan land en we klimmen naar een waanzinnig uitzichtpunt, waar we nog net even met de drone kunnen vliegen voor er een mega hoosbui losbarst. In de regen varen we verder naar Pink beach. Het strand heeft normaal een soort roze gloed behalve vandaag. Maar het biertje op het strand met grote donderwolken op de horizon, in plaats van een ondergaande zon, heeft ook wel iets bijzonders. Na wederom een heerlijk maaltijd gaat de boot voor anker in een baai. Wij duiken ons daktentje in en worden in slaap gewiegd door de zachte golfslag.






We zien de zon langzaam opkomen na een heerlijke nacht op het dek in de openlucht. We gaan al vroeg op pad, deze keer naar Komodo eiland om nog een keertje oog in oog te staan met de reuzenvaranen. Er is nog geen toerist te bekennen op dit tijdstip, maar ook geen ranger, wat ons toch enige zorgen baart. Want hoe kom je nou zonder opgegeten te worden bij het kantoortje van het Komodo NP. Gelukkig zijn ze koudbloedig en hebben ze ook een warming up nodig van de zon voor ze een sprintje richting je enkels trekken, dus dat komt mooi uit en kunnen wij zonder hink stap sprong veilig het kantoortje bereiken. Nadat de gids is opgetrommeld gaan we weer op pad. Deze keer zetten we de go pro camera op de grond wat tot een nieuw perspectief en fraaie beelden leidt als de Komodovaraan er nietsvermoedende overeen wandelt. Hoe maak je nu een close up van een komodovaraan tong…..? Nou de go pro op een stokje. Vervolgens wordt de go pro helemaal afgelebberd, want die rook wel erg lekker blijkbaar. De rest van de komodovaranen, lag nog over zwijntjes, hertjes en waterbuffels te dromen want er zat geen beweging in zo ’s ochtends.






Alsof de dag nog niet bijzonder genoeg is gaan we snorkelen. Eerst zien we een manta diep onder ons op de bodem. Eef en Lin snorkelen zich een slag in de rondte op aanwijzingen van Ismaël, die boven op het dak van de boot staat. Kieke vliegt ondertussen de drone een rondje boven de boot, maar is even vergeten dat de boot toch wel erg aan het verlijeren is, dus dat de drone zijn thuisbasis niet meer kan terug vinden. Met wat kunst en vliegwerk wordt de drone weer veilig binnen gehaald op de landingsbaan van het vliegdekschip. Met een grote plons springt Kieke de manta’s tegemoet.



Gelukkig weet Ismael nog een andere plek waar we beter met de manta’s kunnen snorkelen. We liggen nog niet in het water van de baai en er stuift een zeekoe langs, tot onze grote verbazing. Die hadden we even niet zien aankomen, …..hij ons ook niet … Tijdens deze snorkeltrip zwemmen maar liefs 8 manta’s zo’n 2 meter onder ons, die vrolijk een plankton rondedansje aan het opvoeren zijn. Keer op keer komen ze voorbij. Zo gaaf om naar beneden te duiken en daar snorkel je dan oog in oog met een 3,5-4 meter grote vriendelijk reuze rog. Als je op de bodem ligt glijdt hij gracieus over je heen. Zo ontzettend gaaf, we zijn niet uit het water te slaan. Na 2 uur houden we het voor gezien en komen als verrimpelde omaatje het water uit met verbrande billen, want we gingen even snorkelen.



De lucht kleurt eerst oranje, roze en paars terwijl wij bij Kalong eiland voor anker gaan voor nog een bijzonder wildlife fenomeen. Op Kalong eiland slapen overdag zo’n 10 duizend vliegende honden (flying foxes), de grootste vleermuizen soort, in de mangrove bossen en net na zonsondergang vliegen ze allemaal tegelijk uit naar het vaste land. Binnen de kortste keren vult het luchtruim zich met ontelbare vleermuizen. Magisch mooi! Nou, deze bijzondere wildlife hoogtepunt-dag is wel een proostje waard zo boven op het dek met een blikje Bintang bier terwijl de laatste vleermuizen op pad gaan en ons biljoen ster hotel en feit wordt, naarmate de nacht ontwaakt.



De gebakken bananen en nasi voor ontbijt zijn wederom heerlijk. We snorkelen nog wat, beklimmen nog een eiland en varen terug naar Labuan Bajo. Samen met Lin lunchen we in de kleine hoofdstraat en gaan we ieder onze eigen weg. Wij vliegen via Bali terug naar huis en Lin gaat verder Flores verkennen.
Wat een bijzondere reis. We hadden nooit bedacht dat we dit nog zouden kunnen. Thx Lin, het was super gezellig!





3 Comments on “Eye in Eye with Komodo Dragons & Manta Rays

  1. Wat een prachtige reis. Heerlijk dat jullie dit weer samen hebben kunnen doen.
    Prachtige foto’s van schitterende dieren.
    Veel liefs,
    Barend en Rieja uit Hellevoetsluis 😍

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *